Jennie Drimmer, educatieplatform Coursera: “Waak voor vrijblijvend leren”

Op de HR Summit op 16 juni modereerde Jennie Drimmer van Edtech-bedrijf Coursera een rondetafelbijeenkomst over online leren. Een actueel thema, dat volgens haar de komende jaren alleen maar aan belang zal winnen. "Ook tijdens een recessie, zoals die er nu lijkt aan te komen.”

“De verleiding is dan heel groot om maar te bezuinigen op het opleidingsbudget. Terwijl je daarmee de strategie van de onderneming ondermijnt”, zegt Jennie Drimmer, Senior Regional Director Coursera for Business EMEA. Op donderdag 16 juni leidde zij de rondetafel ‘Building skills and competencies in a fast-changing business environment’ tijdens een zonovergoten Leadership in HR Summit 2022.

Elke keer dat je iemand aanneemt, een nieuw product lanceert, of de manier verandert waarop je organisatie werkt, is er behoefte aan een training of opleiding. En steeds vaker nemen werknemers dergelijke trainingen en opleidingen online af, bij een Ed-tech aanbieder zoals marktleider Coursera.

Het leerplatform Coursera biedt organisaties de mogelijkheid biedt om cursussen te volgen die het aanbiedt in samenwerking met gerenommeerde universiteiten en bedrijven in combinatie met tools om dat leermateriaal te beheren. Coursera werkt samen met meer dan 200 universiteiten en bedrijven uit 55 landen, waaronder Stanford University, de Erasmus Universiteit, Google, IBM, Meta en Intel.

Dubbele disruptie

De populariteit van leerplatforms zoals Coursera zal de komende jaren alleen maar toenemen, verwacht Jennie Drimmer. Ze wijst op twee ontwikkelingen die dit in de hand werken. “Een dubbele disruptie”, zoals zij het noemt.

“In de eerst plaats zullen de komende jaren veel banen verdwijnen. Tot 2025 zelfs wel 85 miljoen banen, althans volgens het World Economic Forum. En binnen de banen die blijven bestaan, zullen veelal – bij zo’n 40 procent – nieuwe vaardigheden nodig zijn.”

“ Binnen de banen die blijven bestaan, zullen bij zo’n 40 procent nieuwe vaardigheden nodig zijn”

Een tweede trend is de digitalisering, die in een fase van versnelling is beland tijdens de coronacrisis. Hierdoor worden allerlei digitale vaardigheden belangrijker en vanzelfsprekender. Niet alleen de betrekkelijk simpele vaardigheden om te kunnen vergaderen, maar ook bijvoorbeeld ‘skills’ om data te kunnen analyseren.

Al met al worden volgens Drimmer bedrijven de komende jaren nog sterker ‘data- en techgedreven’. En dus moeten werknemers van toekomstbestendige bedrijven dat ook zijn. En voor zover ze dat nog niet zijn, moeten ze het worden en hun ‘skills’ aanscherpen. Blijven aanscherpen, want de technologie ontwikkelt zich nu eenmaal razendsnel. Dus ben je nooit uitgeleerd.

Buffet-aanpak

Bedrijven zien dit in het algemeen best in. Het idee dat iedereen een leven lang zou moeten leren heeft in de afgelopen jaren breed ingang gevonden. Zeker werknemers, aangezien wat zij doen direct effect heeft.

Een leven lang leren geldt als hét antwoord nu er een samenleving ontstaat waarin én een structureel tekort aan hoogopgeleide ‘kenniswerkers’ bestaat én steeds meer mensen eerder werkzekerheid (‘employability’) hebben dan baanzekerheid. Waarin steeds meer mensen heel verschillende soorten banen hebben gedurende hun carrière vervullen (‘portfoliocarrière’), nu eens zonder betaald werk komen te zitten dan weer als zelfstandige werken, en vaker in een netwerkorganisatie terecht komen dan in een vaste organisatiestructuur, zonder duidelijk onderscheid tussen werk en privé.

Een samenleving waarin je in het voordeel bent als je goed kunt leren. Niet alleen op school of in het voortgezet onderwijs, maar ook daarna – in elk geval tijdens je gehele werkzame leven.

Verspilling voorkomen

Maar hoewel bedrijven een leven lang leren onder hun werknemers stimuleren, zijn hun inspanningen volgens Drimmer niet altijd even effectief. “Het grootste probleem is dat veel bedrijven hun werknemers een enorme keuzevrijheid bieden als het gaat om leren.

Dat leidt al snel tot verspilling. Er worden veel uren besteed aan allerlei opleidingen, maar het bedrijf schiet er niet of nauwelijks wat mee op. Sterker nog, ze verliezen er vaak op, doordat de opbrengsten veel lager uitvallen dan alle opleidingskosten en de gederfde inkomsten doordat de werknemers niet kunnen worden ingezet.”

Skills first learning

“Skills first learning”, zoals Drimmer het noemt. De beste bedrijven doen het zo, zegt ze. Ze noemt een bedrijf als Novartis, waar Simon Brown – de allereerste Chief Learning Officer van het bedrijf – zo’n strategische aanpak heeft gekozen. Nota bene: met steun van de CEO. “Dat is een belangrijke succesfactor. Zeker nu, in deze tijd dat we lijken af te stevenen op een recessie. De verleiding is dan heel groot om maar te bezuinigen op het opleidingsbudget. Terwijl je daarmee de strategie van de onderneming ondermijnt.”

Coursera zelf kan organisaties op diverse manieren ondersteunen om een soortgelijk ‘skills first learning’-beleid door te voeren. Drimmer noemt drie diensten die het bedrijf levert, in aanvulling op het eigenlijke aanbod van opleidingen en cursussen.

Nulmeting

Om te beginnen kan Coursera zorgen dat bedrijven een beeld krijgen waar ze nu staan. Een soort nulmeting, met andere woorden, door de vaardigheden die het bedrijf in huis heeft af te zetten tegen die van andere bedrijven. “Op basis van de vele data van tientallen miljoenen studenten waarover wij beschikken, kunnen we zo’n benchmark opstellen.”

Stap twee is om op basis hiervan te bepalen welke vaardigheden een bedrijf moet ontwikkelen. Coursera kan hierover advies geven dat gebaseerd is op kunstmatige intelligentie, en suggesties doen voor leertrajecten voor individuele werknemers.

In de derde plaats kan Coursera de voortgang van diezelfde werknemers meten: werknemers kunnen er allerlei quizzes volgen en toetsen afleggen. En – dat spreekt voor zich – hun certificaat ophalen, als een opleiding eenmaal is voltooid.