Een ode aan de wendbare CAO, waarin maatschappelijke vooruitgang vorm krijgt

De cao is geen relikwie uit de vorige eeuw, maar een levend bewijs dat praten beter werkt dan polariseren. En dat gaat over veel meer dan geld alleen. Het gaat over maatschappelijke impact, ziet Maarten van Beek.

Ze is het stille wonder van onze poldercultuur – een typisch product van het Rijnlandse model, waarin samenwerking belangrijker is dan competitie en de menselijke maat zwaarder weegt dan kortetermijngewin. Waar de Angelsaksische wereld haar winst viert in cijfers, vieren wij het overleg. We praten ons soms suf, maar zelden kapot. En dat is precies de bedoeling.

“In een wereld vol flitscontracten, algoritmes en prestatiedwang is de cao misschien wel het laatste menselijke instrument dat we nog hebben”

De cao is het weefsel van dat overleg. Geen marketingdocument, geen strijdmanifest, maar een afspraak tussen verstand en vertrouwen. Volgens de OESO doen landen met sterke collectieve afspraken het beter: hogere productiviteit, minder ongelijkheid, meer werkzekerheid. Waar mensen sámen afspraken maken, werkt het beter – niet door macht, maar door maat.

Meer dan een loonzakje

Toen ik jaren geleden mijn eerste cao mocht uitleggen aan een groep jonge collega’s, vroeg iemand: “Gaat dat niet gewoon over geld?” En dat is precies het misverstand. Loon blijft belangrijk, natuurlijk. Het is bestaanszekerheid, waardering in cijfers, brood op de plank. Maar de moderne cao is veel meer dan dat. Ze gaat over ontwikkeling, vitaliteit, balans – over hoe we werken, leren en herstellen. En hoe we invulling geven aan maatschappelijk verantwoord werkgeverschap.

Ik denk met trots terug aan mijn eerste cao-onderhandeling, inmiddels bijna tien jaar geleden. We voerden toen samen met de vakbonden zes weken betaald vaderschapsverlof in, terwijl de wet nog slechts twee dagen voorschreef. Dat voelde als iets groots, niet om het gebaar maar om het principe: een cao kan maatschappelijke vooruitgang versnellen. Soms loopt ze jaren vóór op de wet.

Vandaag reserveren universiteiten jaarlijks 45 miljoen euro voor duurzame inzetbaarheid – leerbudgetten, coaching, vitaliteitsprogramma’s. Dat is geen luxe, dat is logica. Want wie leert, blijft bewegen. En wie beweegt, blijft waardevol. In sectoren waar de salarissen al goed zijn, is een extra procent erbij minder betekenisvol dan een investering in groei en gezondheid. Kortom een cao die inzet op ontwikkeling, investeert in continuïteit.

Wendbaar, geen dogmatische verstarring

De beste cao’s zijn niet strak, maar soepel. Ze ademen mee met het werk. Volgens AWVN bevat inmiddels 40% van de cao’s afspraken over interne flexibiliteit – en dat mag meer worden.

In a world facing heatwaves, droughts, and rapid internal and external change, it’s the organizations with a clear vision and an agile workforce that will stand the test of time. How agile is your workforce? Be prepared. Be resilient. Keep growing.

Een goede cao is geen keurslijf, maar een kader. Ze biedt richting zonder rigiditeit, en ruimte zonder chaos. Ze laat binnen haar kaders het gesprek toe tussen medewerker en leidinggevende over werktijden, leren, mobiliteit en hybride werk. Misschien moet een cao meer lijken op jazz dan op een mars: duidelijke akkoorden, maar ruimte voor improvisatie.

Maatschappelijk verantwoord werkgeverschap is geen luxe

De cao van de toekomst gaat niet alleen over loon en leren, maar ook over leven.

Het idee van ESG (Environment, Social, Governance) hoort daar vanzelfsprekend bij. Niet als modewoord uit de boardroom, maar als belofte van fatsoen aan alle stakeholders van de organisatie.

Een moderne cao erkent dat duurzaamheid geen aparte paragraaf is, maar een manier van denken. Ze bevordert gezonde werkplekken en bewuste mobiliteit, schept ruimte voor sociale veiligheid en diversiteit, en vraagt om transparantie en vertrouwen in hoe besluiten worden genomen. En zet aan tot verduurzaming, bij medewerkers thuis, de organisatie en voor de BV Nederland.

In de zorg, het onderwijs en de financiële sector ontstaan al de eerste voorbeelden: cao’s waarin vitaliteitsverlof, duurzame reisopties en inclusieve teams onderdeel zijn van het normale gesprek. Eigenlijk is ESG niets nieuws: het is gewoon het Rijnlandse geweten in hedendaagse taal, voor hedendaagse grote uitdagingen, het zoeken naar evenwicht tussen winst, waarde en welzijn.

De menselijke maat

De cao is geen stoffig compromis uit een andere tijd, maar een levend document dat met zijn mensen en organisaties meebeweegt. Ze is het collectieve geheugen van onze werkcultuur én de thermometer van onze toekomst. In een wereld vol flitscontracten, algoritmes en prestatiedwang is de cao misschien wel het laatste menselijke instrument dat we nog hebben. Ze zegt: laten we praten, niet polariseren. Laten we zoeken naar wat goed is – niet alleen naar wat snel is.

De cao beweegt mee. Met de tijd, met de mens, met de organisatie en met de samenleving.

Dat is precies waarom ze blijft werken.

LEES OOK: