Florien Vaessen: “Er rust een taboe op burn-outs, want ziek is zwak”

Na een kwart eeuw carrière te hebben gemaakt als onder meer communicatie- en marketingmanager bij ABN AMRO werd Florien Vaessen geveld door een burn-out. Zowel haar lijf als geest waren plotsklaps leeggezogen. In het boek Op de bank vertelt Vaessen hoe zij, net als meer dan een miljoen andere Nederlanders, ziek werd van haar werk.

Waarom heb je dit boek geschreven?
“Het is het boek dat ik zelf had willen lezen toen ik ziek werd. Opvallend genoeg waren er een hoop stappenplannen, maar geen boeken van ervaringsdeskundigen. Met het boek hoop ik bewustwording te creëren. Bijna 1 miljoen mensen zijn ziek aan het werk. Toch is er weinig aandacht voor burn-outs dat vind ik opvallend. Moeten we niet kijken of er ziekmakende mechanismen zijn in de manier waarop we werken?” 

Hoezo had je dit boek tijdens je burn-out willen lezen?
“Als je ziek thuis komt te zitten met een burn-out, dan gebeurt dat van het een op het andere moment. De dag ervoor kon ik alles, nu ineens niks. Ik voelde mij ontredderd. Begreep niet wat er was gebeurd. Ik zocht houvast en herkenning. Het gevoel dat ik niet alleen stond. Nu krijg ik veel mails van mensen die het boek hebben gelezen en het een herkenbaar verhaal vinden.”

In op de bank betoog je dat burn-out geen individueel, maar een maatschappelijk probleem is…
“Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat 1 op de 7 werknemers burn-outverschijnselen heeft. Zij voelen zich meer dan eens in de week (emotioneel) uitgeput. Tijdens het schrijven kwam ik erachter hoeveel mensen zich opgebrand voelen. Veel mensen hebben een verstoorde verhouding met hun werk. Toch rust er een taboe op burn-out. De heersende gedachte is: ziek is zwak. Je mag niet van de corporate apenrots vallen. Veel zieken denken: het ligt aan mij. Ik draai dit ook graag een keer om.” 

Heeft een werkgever een verantwoordelijkheid om burn-outs bij medewerkers te voorkomen?
“Een gesprek over hoe je mensen gezond in hun werk kunt houden is van belang voor werkgevers en -nemers. Je kunt er simpelweg een businesscase van maken. Gezonde en betrokken medewerkers zijn productiever. Natuurlijk hoeft een bedrijf zich niet verplicht te voelen voor het voorkomen van burn-outs. Zij kunnen burn-outs beschouwen als collateral damage, maar dat lijkt mij een erg cynisch standpunt.”

Wat kun je als bedrijf doen om burn-outs te voorkomen?
“Bij mij voelde alsof de burn-out vanuit het niets kwam, maar vaak zijn er al signalen. Mensen worden afstandelijker, cynischer en prikkelbaarder. Soms zie je het op hele afdelingen. Dan zijn er opmerkingen als “ik maak mij niet druk, er verandert toch nooit wat”. Daarnaast zijn er lichamelijke signalen. Medewerkers die in korte tijd drie keer achter elkaar kortstondig ziek zijn, vallen in 50 procent van de gevallen binnen drie jaar langdurig uit. Het helpt als jij of je omgeving dit soort signalen tijdig erkent.” 

Maar hoe herken je die signalen?
“Ga met medewerkers in gesprek en doe dat in normale mensentaal. Geen algemene engagementstudie of werktevredenheidsonderzoek, want dat staat ver af van mensen die opgebrand zijn. Ga ook in gesprek met de mensen die terugkomen van een ziekte. Er worden nu vaak exit-interviews gehouden. Het lijkt mij ook leerzaam om in gesprek te gaan met mensen die langdurig ziek zijn geweest. Is er een rode draad in hun belevingen te ontdekken?”

Wat kunnen mensen zelf doen om een burn-out te voorkomen?
“Hou jezelf in de gaten. Vraag jezelf altijd af: zit ik nog met mijn hart in mijn werk? Dat is ook in het belang van je werkgever. Die heeft ook niets aan een corporate robot die alles op de automatische piloot doet. Er zijn drie voorname redenen die leiden tot stress. Een combinatie van hoge taakeisen, geringe sturingsmogelijkheden en gebrekkige sociale steun. Daartegenover staan drie energiebronnen: verbondenheid (met werk, collega en leidinggevende), autonomie (controle over werk en resultaten) en competentie (in state zijn om het werk goed te doen en je daarin te ontwikkelen) Wanneer dit op orde is ontstaat een bevlogen medewerker. Uit onderzoek valt te concluderen dat bevlogen medewerkers minder verzuimen, minder ongelukken maken en productiever zijn. Zzp’ers hebben ook minder vaak burn-outs. Zij hebben meer autonomie en zijn tevredener over hun werk. Wel wierp een zzp’er laatst tegen dat hij simpelweg geen burn-out kan hebben, omdat hij dan geen inkomsten heeft.”

Voor je burn-out was je geen betrokken medewerker?
“Ik was nog wel betrokken bij het bedrijf, maar minder bevlogen. Tijdens mijn burn-out becijferde ik dat 60 procent van mijn werkweek bestond uit vergaderingen. Door back-to-back vergaderingen in te plannen holt de kwaliteit achteruit. Er is geen ruimte voor rust en reflectie. Hierdoor kom je in de corporate robotstand. Als iedereen zijn zegje wil doen over plannen haalt dat de lol, creativiteit en dynamiek eruit. Je hoort dan ook veel dat kleine, wendbare organisaties grote tankers inhalen. Onlangs vroeg ik tijdens een presentatie aan het publiek of ze deze week bij een vervelende vergadering gezeten? Er gingen veel handen omhoog. Toen vroeg ik: wie heeft er wat van gezegd? Toen gingen er een stuk minder handen omhoog. Begrijpelijk, want zelf deed ik dat ook op een zeker moment niet zo vaak meer. In een grote organisatie ga je je vaak conformeren. Wie te vaak tegenspreekt is een klager. En als je manager bent verwacht men dat je loyaal supporter bent van het bedrijf. Je moet het compromis uitdragen.”

Heeft u iets geleerd van uw burn-outperiode?
“Het belang van eigenheid en de wens om vanuit een vakmanschap te werken. Ik minder geneigd om mij aan te passen. Voorheen leverde ik een communicatieplan op in vier dagen als dat moest. Nu werp ik tegen dat het schrijven van een goed plan niet vier dagen, maar drie weken doet. Het uitdragen van autonomie maakt je waardevoller. Daarnaast plan ik minder afspraken op een dag. Ik neem meer tijd voor rust en reflectie. Sporters focussen zich op een prestatiemoment. Belangrijke presentaties moet je ook niet tussen neus en lippen voorbereiden. Zo hou ik ook plezier in mijn werk. Dat is belangrijk. Ik wil ook het goede voorbeeld aan mijn dochter geven. Anders denkt ze dat werk iets is waar je iedere dag mopperend en chagrijnig vandaan komt.”

———————————————————–

Bezoek op 24 november het CHRO Summit 2016
Bezoek de CHRO Summit op 24 november 2016 in de Landgoederij te Bunnik en ontmoet de top van de Nederlandse HR-wereld. De CHRO Summit staat in het teken van netwerken, uitdagingen bespreken en uitgedaagd worden. Een perfecte gelegenheid om uw collega's te ontmoeten en nieuwe kennis op te doen. Meld u hier aan.