IMF-rapport legt vinger op zere plek personeelskrapte Nederland – die is deels wel te verhelpen
Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is nu ook overtuigd: de tekorten op de Nederlandse arbeidsmarkt verdwijnen niet meer. De komende jaren lopen ze alleen maar verder op als gevolg van de vergrijzing. In de laatste drie maanden van 2023 stonden er tegenover elke 100 werklozen 114 vacatures open en groeide het aantal banen met 45.000. Het aantal werklozen daalde naar 360.000. Onder de inwoners van 15 tot 75 jaar heeft 73,2 procent werk. Dat was tien jaar geleden 66 procent, blijkt uit cijfers van het CBS. In het vierde kwartaal kwamen er meer nieuwe vacatures, in totaal 359.000.
De oplossing voor bedrijven is om beter gebruik te maken van de arbeidskrachten die ons land nog wel heeft, aldus IMF-onderzoeker Bernardin Akitoby. Hij bracht negen dagen door in Nederland om de oplossingen aan te bevelen die al veel vaker zijn geopperd: hogere productiviteit, minder deeltijdwerk, digitalisering en scholing. Niet de kennis moet worden bijgespijkerd, maar de vaardigheden. En vooral diegenen die gericht zijn op groene transitie, digitalisering en gezondheidszorg, vitale onderdelen van de economie.
Al tien jaar worstelen
Jannes van der Velde, woordvoerder van werknemersvereniging AWVN, hoort niets nieuws, maar erkent dat het IMF de vinger op de zere plek legt. “Met dit vraagstuk worstelen we al tien jaar. Er zit ontzettend veel geld voor scholing in allerlei potjes, maar er wordt onvoldoende gebruik van gemaakt.”
Eind januari constateerde AWVN dat er jaarlijks anderhalf miljard euro aan scholingsgeld op de plank blijft liggen bij werkgevers. Dat is 45 procent van alle beschikbare scholingsbudgetten. Het gebrek aan scholingsbereidheid ligt niet aan de financiële faciliteiten, aldus AWVN.
Pijnlijke associaties met scholing
“Werknemers maken er onvoldoende gebruik van, vooral degenen die er het meeste voordeel van zouden hebben”, vervolgt Van der Velde. “Meestal werknemers die relatief weinig scholing hebben gevolgd. Sommigen hebben pijnlijke associaties bij de term scholing. Terwijl opleidingsmethodieken sterk zijn verbeterd, denk maar aan leren op de werkplek.”
Ook de SER (Sociaal Economische Raad) maakt zich druk om het gebrek aan scholingsbereidheid. De adviesraad bracht deze week nogmaals een vier jaar oud kennisdocument over een leven lang leren onder de aandacht. De boodschap voor werkgever is om hun werknemers te informeren over opleidingen en ze te stimuleren om er gebruik van te maken. Daarnaast zijn handelingsperspectief en voldoende faciliteiten belangrijk. Als sluitstuk is het belangrijk om werknemers vertrouwen te geven als het gaat om het volgen van een opleiding.
Zekerheid in de waagschaal stellen
Maar ondanks alle mogelijkheden is de problematiek hardnekkig, ziet Van der Velde. “Mensen die iets anders willen zijn vaak veertigers of vijftigers. Degenen met een hogere opleiding of een goede positie pakken hun kansen wel, maar mensen met minder scholing doen dat veel minder. Zij voelen er weinig voor om de financiële zekerheid van hun baan in de waagschaal te stellen voor een opleiding.”
Om deze weerstand weg te nemen is een vorm van financiële zekerheid geboden voor wie zich wil ontwikkelen. Dat begint bij het informeren over de kansen en de mogelijkheden, stelt Van der Velde. “Laat bijvoorbeeld zien dat het leven goedkoper wordt als de kinderen de deur uit zijn en als de hypotheek is afgelost. Dat financiële risico’s kleiner worden en de mogelijkheden groter.”
Een goed onderbouwde keuze maken
“Laat ook zien welke loopbaankeuzes er mogelijk zijn in termen van functies, zekerheid, haalbaarheid en inspanning. Zodat mensen een goed onderbouwde keuze kunnen maken waar ze achter staan.”
“Er zijn voorbeelden van grote bedrijven die voor deze aanpak kozen, waarbij ze medewerkers stimuleerden om zich te scholen, zonder dat de druk van baanverlies speelde. Dat scheelde ontzettend veel aan ontslagen en sociale regelingen toen er later wel gereorganiseerd moest worden. Het kan, maar dat begint bij het overtuigen van medewerkers. Daar valt nog veel te winnen.”