Het traineeship is niet meer wat het was
De vraag naar trainees is explosief gestegen, blijkt uit nieuwe vacaturecijfers. Om talent binnen te halen moeten werkgevers weer alle registers opentrekken. Maar binnenhalen betekent steeds minder vaak ook binnenhouden.
Actuele cijfers van Intelligence Group laten zien dat in een jaar tijd de vraag naar hoogopgeleide starters op de Nederlandse arbeidsmarkt met 19 procent is toegenomen. Opvallend daarbij is dat de vraag naar trainees en het aanbod van traineeships gestegen is met 46% tot bijna 3300 vacatures eind juni.
Acute nood bij werkgevers stijgt
Die explosieve groei is zo sterk geweest dat de vraag naar trainees nu ruim vier keer zo groot is als naar de nummer twee van meest gevraagde startersfuncties, de software engineer. De ontwikkeling laat zien hoe snel de acute nood bij werkgevers stijgt en hoeveel moeite ze hebben om jong hoogopgeleid talent te werven, met name in de IT, sales en finance.
Die explosieve groei is zo sterk geweest dat de vraag naar trainees nu ruim vier keer zo groot is als naar de nummer twee van meest gevraagde startersfuncties, de software engineer. De ontwikkeling laat zien hoe snel de acute nood bij werkgevers stijgt en hoeveel moeite ze hebben om jong hoogopgeleid talent te werven, met name in de IT, sales en finance.
Traineeships worden traditioneel gezien als aantrekkelijke manier om jong talent te verleiden. De gedachte achter het traineeship is talentvolle starters de kans geven zich te ontwikkelen tot ‘allrounder’. In de regel is het een volwaardige baan die bestaat uit een combinatie van werken en leren. Het is een wederzijdse investering: van de organisatie in de trainee én van de trainee in de organisatie.
Studerenden een stage aanbieden
En lukt het de werkgever niet om voldoende talent via een traineeship voor de organisatie te winnen, dan is er ook altijd nog de mogelijkheid om studerenden een stage aan te bieden. Zo was het tenminste altijd. Want uit het recente SCP-rapport “Aanbod van Arbeid 2016” blijkt dat studerenden de stage als middel tot arbeidsmarktoriëntatie de afgelopen jaren iets minder positief zien dan daarvoor.
En lukt het de werkgever niet om voldoende talent via een traineeship voor de organisatie te winnen, dan is er ook altijd nog de mogelijkheid om studerenden een stage aan te bieden. Zo was het tenminste altijd. Want uit het recente SCP-rapport “Aanbod van Arbeid 2016” blijkt dat studerenden de stage als middel tot arbeidsmarktoriëntatie de afgelopen jaren iets minder positief zien dan daarvoor.
Een groter deel betwijfelt of de stage hen gaat helpen een baan te vinden. Ook het aandeel studenten dat na afloop van de stage bij het stagebedrijf wil blijven werken, neemt af. Wel zegt nog altijd zo’n driekwart door de stage makkelijker een baan te zullen vinden na zijn studie en ook beter te weten wat voor werk hij wil doen na zijn opleiding.
Werkgevers moeten er steeds meer rekening mee houden dat na het vinden van een baan – vast of tijdelijk – het latent of zelfs actief op zoek zijn vaak gewoon doorgaat. Uit de cijfers van Intelligence Group blijkt dat veel trainees binnen 2 tot 3 jaar de organisatie alweer hebben verlaten.
Liever tijdelijk werk dan helemaal geen werk
Dit wordt onder meer in de hand gewerkt door de sterke toename van tijdelijke werkverbanden in Nederland. Volgens uitzender Randstad kiest 4 op de 5 werkzoekenden liever tijdelijk werk dan helemaal geen werk. Die gewenning aan tijdelijke dienstverbanden, maakt dat werknemers ook kritischer naar werkgevers kijken, aldus de uitzendorganisatie.
De werkgever heeft de tijdelijke medewerker een tijdje “op zicht”, maar omgekeerd neemt de werknemer de proef op de som met de werkgever. Die zal veel sneller zijn toegevoegde waarde moeten bewijzen. Want tijdelijke medewerkers hakken tegenwoordig eerder de knoop door of ze willen blijven.
Als werkgevers jong talent duurzaam willen werven, dan adviseert Geert-Jan Waasdorp van Intelligence Group ze hun wervingsaanpak te professionaliseren: ‘Ze moeten recruitment beschouwen als een serieus vakgebied in plaats van de rol van recruiter als een startersfunctie te zien.’
De baan voor het leven staat niet meer bovenaan
Volgens Randstad komt daar bij dat talent nauwelijks nog loyaal is aan organisaties. De werkende van de toekomst wil voor meerdere werkgevers werken en verwacht overal ‘een verrijkende, inspirerende ervaring’ te kunnen opdoen. De baan voor het leven staat niet meer bovenaan.
Volgens Randstad komt daar bij dat talent nauwelijks nog loyaal is aan organisaties. De werkende van de toekomst wil voor meerdere werkgevers werken en verwacht overal ‘een verrijkende, inspirerende ervaring’ te kunnen opdoen. De baan voor het leven staat niet meer bovenaan.
HR-directeuren die ik hiernaar vraag, bevestigen dat en accepteren het feit dat schaars talent minder gemakkelijk te binden is. Maar daar leggen zij zich niet bij neer. Zij investeren liever in het opbouwen van een waardevolle relatie met de werknemers. Dat zorgt ervoor dat schaarse talenten na een loopbaanstap elders graag weer eens komt praten als ze weer in de markt zijn voor een nieuwe uitdaging.
Een traineeship doet dan misschien niet meer helemaal wat het vroeger deed, het kan nog altijd het begin zijn van iets moois.
Toine Al
HR-specialist, publicist, vakjournalist, spreker
HR-specialist, publicist, vakjournalist, spreker