Is brede welvaart fulltime werken – of is de voltijdsbonus luchtfietserij?

Klokkenluiden vereist (meer) tanden voor klokkenluiders en het Huis voor Klokkenluiders
Het kabinet wil de arbeidsmarktkrapte bezweren met als één van de maatregelen een voltijdsbonus. Deze maatregel is kwestieus, ziet Joost van Ladesteijn.

De voltijdsbonus houdt de gemoederen flink bezig. Per brief van 26 oktober 2021 oordeelde het College voor de Rechten van de Mens dat verschillende varianten van een voltijdsbonus verboden onderscheid opleveren, waarvoor niet snel een objectieve rechtvaardiging bestaat. Het projectteam krapte op de arbeidsmarkt vindt de voltijdsbonus “geen goede richting”. Het beschouwt de voltijdsbonus een “niet kansrijke beleidsoptie” ingevolge de Hoofdlijnenbrief arbeidsmarktkrapte.

De Miljoenennota 2023 noemt brede welvaart meer dan “economische groei en materiele voorspoed”. Hoe verhoudt dit zich tot een geldprikkel als een voltijdsbonus?

Volgens het advies van de Afdeling Advisering van de Raad van State bij het ontwerp – Miljoenennota 2023 is het “noodzakelijk” om werknemers te stimuleren om meer uren te werken. De Afdeling licht niet toe waarom dit “noodzakelijk” is. Het stelt summier dat een rechtvaardigingsgrond bestaat “in de huidige omstandigheden”. Dat zou ook het oordeel zijn van het College in het vorenstaande advies. Deze argumentatie van de Afdeling kan niet zonder meer overtuigen.

‘Eens deeltijd. Altijd deeltijd’

Eind september nam de Tweede Kamer een motie aan met het verzoek aan de regering “uiterlijk in december 2022 te komen met concrete acties, waarbij ze meer werken stimuleert door middel van een voltijdbonus”. Gelijktijdig verscheen het rapport ‘Eens deeltijd. Altijd deeltijd’ van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Dit rapport bevraagt de effectiviteit van een voltijdsbonus.

Waar hebben we het nu eigenlijk over? Dat lijkt simpel, maar het is geen sinecure dit te destilleren uit de officiële stukken hierover. Daarom in deze bijdrage luttele vragen als meest banale start.

Brede welvaart is fulltime werken?

Het kabinet zet in op brede welvaart. Dat is ingevolge de Miljoenennota 2023 meer dan “economische groei en materiele voorspoed”. Hoe verhoudt dit zich tot een geldprikkel als een voltijdsbonus? Is brede welvaart niet juist ook de combinatie van werk en voorkeuren? Is volledige arbeidsdeelname wenselijk?

Hoe effectief is een voltijdsbonus?

Uit het SER-rapport hybride werken volgt dat werkenden meer de behoefte hebben werk en privé met elkaar af te stemmen. Een voltijdsbonus lijkt hierin niet zonder meer te passen. De vraag is of mensen daadwerkelijk hun gedrag zullen aanpassen en of er averechtse effecten kunnen optreden, zoals meer uitval en ontevredenheid. Wat te denken van de potentiële effecten voor mantelzorg en vrijwilligerswerk? Is een voltijdsbonus uitvoerbaar? Bestaat kans op misbruik? Wat als de bonus stopt, uitgaande van de vooronderstelling dat het mensen om het geld is te doen?

Word er breed genoeg gekeken?

Er zijn nogal wat (fiscale) alternatieven voor een voltijdsbonus. Ook de vraagkant moet worden bezien, waaronder efficiency door technologie, alsmede de koppeling tussen vraag en aanbod, waaronder door platformisering, in combinatie met bijvoorbeeld het onbenutte arbeidspotentieel en collegiale inleen. Daarbij is de vraag of voldoende grenzen worden gesteld aan maakbaarheidsdenken en de consumptiemaatschappij.

Proefballon

Zo zijn eenvoudig uiteenlopende vragen te bedenken om wellicht een tendens waar te nemen in beleidsvorming. Eerst wordt een proefballon opgelaten, dan volgt pas vereist onderzoek. Daarbij zijn de door het kabinet geformuleerde onderzoeksvragen sturend door veronderstellingen te maken welke juist onderzocht dienen te worden.

Passen vervolgens uitkomsten niet bij een beleidsvoornemen, dan ligt het aan de cultuur en vergt dit debat. Zo nodig wordt een botsing van belangen gesteld, waarbij een crisis gezien de urgentie en relevantie een beleidsvoornemen steeds zal rechtvaardigen. Ontstaat verdergaande weerstand ten aanzien van een beleidsvoornemen, dan wordt de noodzaak van “voortvarende besluitvorming” benadrukt. Zie turbulente dossiers als over onder andere de pensioenen, de woningmarkt en stikstofreductie.

Dat zou een recept voor maatschappelijke onrust zijn en de fundamenten raken van een andere prioriteit van het kabinet: de democratische rechtsorde. Een brede welvaart is bij uitstek inclusief, juist in tijden van crisis.