‘Niemand belangrijker dan het team’

Hij is HR-baas van de Koninklijke Landmacht, waar teamgeest op pole position staat. Brigadegeneraal Kees de Rijke over missies, leiderschap en zware keuzes.

Fotografie: Anko Stoffels

Marineblauw, luchtmacht-grijs en landmacht-groen. Heel veel landmacht-groen op de Utrechtse Kromhoutkazerne. Ook brigadegeneraal Kees de Rijke ‘is’ Koninklijke Landmacht, al sinds zijn militaire dienstplicht in 1981.

Linkse hoek 

“Ik heb er destijds alles aan gedaan om het leger níet in te hoeven, om onder die dienstplicht uit te komen,” lacht De Rijke (58). “Ik had pedagogische academie gedaan en kwam uit een beetje ehhh… zeg maar linkse hoek waar in dienst gaan not done was. Toen toch die brief op de deurmat plofte met ‘U bent welkom bij Defensie’, heb ik het nog geprobeerd door in  keuringsgesprekken erg moeilijk te doen. 

“‘U kunt hier natuurlijk mee doorgaan, meneer De Rijke. Of gewoon de uitdaging aangaan’, werd me luchtig te verstaan gegeven. Tijdens de opleiding tot dienstplichtig officier in Ermelo was ik al heel snel om.”

Ik kan niet garanderen dat we allemaal levend terugkomen 

Want, tekenend voor alle krijgsmachtonderdelen en als belangrijke motivatie genoemd door militairen om bij Defensie te blijven of er na een uitstapje weer terug te keren: die kameraadschap en dat ‘wij’-gevoel. Ook de jonge dienstplichtige vaandrig Kees de Rijke werd erdoor omarmd. 
“Ten tijde van de dienstplicht bestond het leger uit een heel gemêleerd gezelschap,” vertelt hij. “Qua opleiding, qua sociale achtergrond. Maar wat allesoverheersend was en nog steeds is: wij gaan verder waar anderen stoppen.”

Infanterist 

De Rijke begon twaalf jaar geleden pas in HR. Tot die tijd diende hij als infanterist bij parate onderdelen. “Maar als commandant – eerst van een peloton, vervolgens van een compagnie en weer later van een bataljon – bij de infanterie, de soldaten te voet, heb je dus altijd met mensen en samenwerken te maken. Ook een vorm van HR. Je klaart de klus als team. Mijn parate achtergrond als infanterist heeft me, toen ik op human resources landde, enorm geholpen. Als ik met een brigadecommandant spreek, praten we op hetzelfde niveau.”

Op de boeken van Andy McNab, veteraan uit de Eerste Golfoorlog en lid van eliteonderdeel Special Air Service (SAS), staat het mooi omschreven: ‘Other writers talk the talk. Andy McNab has walked the walk.’ Ook generaal De Rijke walked the walk. En dat was lang niet altijd gemakkelijk. Zo leidde hij de battlegroup van Task Force Uruzgan in Zuid-Afghanistan in een periode dat de Nederlandse troepen het door bermbommen van de Taliban zwaar te verduren hadden.

Niet om te sneuvelen  

Vlak voor vertrek vroeg een moeder hem of hij kon beloven dat ze haar zoon terug zou zien. “Ik kan niet garanderen dat we allemaal levend terugkomen, maar we gaan daar niet heen om te sneuvelen. We gaan om veiligheid te brengen,” luidde zijn eerlijke antwoord. Woorden die waarheid werden. 

Eén van de absolute dieptepunten van de missie volgde op 18 april 2008, toen eerste-luitenant Dennis van Uhm (23) en soldaat eerste klasse Mark Schouwink (22) sneuvelden. Van Uhm was de zoon van viersterrengeneraal en destijds ’s lands hoogste militair Peter van Uhm. Op dat soort inktzwarte momenten komt het aan op goed leiderschap in alle lagen.

Tranen gelaten 

“Ik heb op mijn kamer wel wat tranen gelaten toen ik van hun dood op de hoogte werd gebracht,” vertelt De Rijke eerlijk. “Een stukje kwetsbaarheid hoort ook bij leiderschap. Toen ik terugkeerde naar Nederland ben ik vanzelfsprekend bij de nabestaanden op bezoek gegaan.” 
In Afghanistan stond De Rijke aan het hoofd van 680 Nederlanders en 400 Afghaanse militairen. Hij spreekt van ‘opdrachtgerichte commandovoering’ tijdens die missie. “Het ging er niet om hóe we een klus klaarden, maar dát we hem klaarden.”

Nog steeds bezoekt Kees de Rijke familieleden van omgekomen Uruzgan-gangers, is hij aanwezig bij herdenkingen, houdt contact met gewond geraakte militairen, investeert in hun en hun achterban, bezoekt herinneringsdagen. Onder zijn leiding vielen in de Zuid-Afghaanse provincie Uruzgan niet alleen twee doden, ook raakten 17 militairen zwaargewond.

De onderlinge verbondenheid is in deze organisatie erg groot 

“De meesten werken nog bij Defensie, de onderlinge verbondenheid is in deze organisatie erg groot,” aldus de generaal. “Dat brengt het werk en de organisatie mee. We zijn hier een kleine maatschappij, met een veelheid aan functies, van hoogleraar tot chauffeur, van arts tot monteur. 

DILEMMA’S
Beslissingen door iedereen gedragen of snelle besluitvorming?
“Breed gedragen, maar dan wel snel handelen.”
Digitale jongeren of zijn seniors onmisbaar?
“Ervaring is altijd nodig.”
Wendbaar en agile of altijd eerst die regelgeving?
“Wendbaar en agile zijn míjn woorden!”
Personeel gedwongen in meewerkstand om nieuwe situaties te handelen?
“Niet dwingen. Mijn strategie is de first movers te mobiliseren. Dan volgt de rest vanzelf.”
Bedrijfscultuur veranderen?
“Ja, daarbij focus ik erg op leiderschap.”
Ondernemerschap binnen de organisatie stimuleren?
“Ja!”
Risicobeheer steeds belangrijker?
“Compliance, always…”

Aantrekkingskracht wat minder 

“En waar het personeelsbestand in de tijden van de dienstplicht een weerspiegeling van de samenleving was, reageren aspirant-militairen nu op onze advertenties. Mensen op mbo 2-, 3- en 4-niveau voor de lagere rangen. Die willen ook echt op uitzending, missies trekken mensen aan. Als we minder op uitzending gaan, is onze aantrekkingskracht ook wat minder. 

“En net als bij alle organisaties is werven in een hoogconjunctuur lastig. Toch blijft het militaire beroep trekken en de beste werving is en blijft aantrekkelijk werk. We proberen jonge mensen in een zo vroeg mogelijk stadium aan de landmacht te binden en ze vervolgens te behouden. En wat hun drive betreft; we hebben behoefte aan mensen die in een team voor elkaar willen gaan, professionals met een hoge gevechtsbereidheid.”

Investeren in drones 

Het waren voor de gehele defensieorganisatie geen gemakkelijke jaren. De heftige bezuinigingen kwamen hard aan. Sommige onderdelen – zoals de met Leopard II-tanks uitgeruste cavalerie-eskadrons – werden compleet opgedoekt, het ontbrak aan goed materiaal en er was amper vervanging. “Ik heb het na 1989 kleiner zien worden”, vertelt Kees de Rijke. 

“Sinds twee jaar is dat omgedraaid, nu komen de spullen weer binnen, we zijn van krimp naar groei gegaan. We investeren bijvoorbeeld in drones en nieuwe technieken. Nodig ook, gezien mogelijke nieuwe dreigingen. De wereld wordt er niet veiliger op en als Koninklijke Landmacht zijn wij het zwaard van de overheid. Wij moeten leveren als de politiek dat ons vraagt.”

Nu komen de spullen weer binnen, we zijn van krimp naar groei gegaan  

Waar het leger vroeger op een gesloten systeem draaide en iedereen onderaan de ladder begon, is dat langzaam aan het veranderen. Nu kunnen afgestudeerde HBO’ers of WO’ers in de hogere rangen instromen. Maar ook mensen uit de bouw kunnen bij de genie komen werken; niet meteen als commandant, maar wel in een van de hogere functies. Het gaat dan niet alleen om ervaring, maar ook om competenties. Typische HR-termen als employee journey, diversiteit en inclusiviteit hebben ook op de kazernes hun intrede gedaan.

“Je moet onderdeel worden van de markt,” zegt generaal De Rijke. “Het is niet langer kiezen voor de landmacht omdat je het land wilt verdedigen. Je kiest voor een spannende en interessante baan in een team. We willen ook kunnen zeggen tegen een militair die op het punt staat vader te worden en dus even niet staat te springen om te worden uitgezonden ‘Ga een jaartje of drie bij dat lokale grondverzetbedrijf werken. En kom vervolgens bij ons terug in een leidinggevende functie.’ 

“Spelbreker daarbij is dat wij heel goede mensen leveren en dat de burgermaatschappij die vervolgens koestert en er natuurlijk alles aan doet ze te behouden. Noem het de prijs van succes.”

HR belangrijk 

HR is belangrijk voor de Koninklijke Landmacht, want zonder goed opgeleide en gemotiveerde mensen geen leger. Commandant van de Landstrijdkrachten, luitenant-generaal Martin Wijnen, heeft als missie dat hij een betrouwbare landmacht wil zijn die levert als het moet, die samenwerkt en waar mensen prettig kunnen werken, maar niemand belangrijker is dan het team. Wat de Rijke betreft is dat laatste randvoorwaardelijk voor de eerste twee. 

Het team van Kees de Rijke telt tachtig mensen in de Kromhoutkazerne en nog eens 300 medewerkers op de legerplaatsen verspreid in het land. “Ik faciliteer tegenwoordig meer dan ik organiseer”, legt de brigadegeneraal uit. “We hebben onze pijlen op innovatie gericht, zo is er een nieuwe HR Innovatieclub hier op de Kromhout. 

Noem het de prijs van succes 

“Regelgeving in HR wordt vervangen door tools om te binden en te ontwikkelen. Mensen die met MBO-2 binnenkomen, vertrekken met MBO-3 of -4. Wij verhogen als het ware hun marktwaarde. Dat alles vergt allemaal verschillende disciplines. Waar vroeger ervaring als heel belangrijk werd gezien, is dat nu veel meer competentie.”

In de moderniseringsslag die HR bij de Koninklijke Landmacht heeft gemaakt hoort ook het experimenteren met talent managementsystemen. En er wordt getransformeerd van organisatiegericht denken naar personeelsgericht denken. “Over vijf jaar willen we mensen die vertrekken, monitoren als ze weg zijn,” zegt de generaal. “Natuurlijk alleen als ze daar zelf mee instemmen. Met als doel ze later weer terug te laten komen. En ik zou graag een soort Tinder voor HR bij de Koninklijke Landmacht invoeren. Dat je naar al die verschillende banen kunt swipen en al dan niet je interesse toont.”

Ik zou graag een soort Tinder voor HR invoeren 

Kees de Rijke zou, met het oog op het systeem van functioneel leeftijdsontslag bij de krijgsmacht, over twee jaar met pensioen kunnen. Maar hij heeft al laten weten tot zijn 63e in dienst te blijven. Want deze missie van de generaal is nog niet voltooid. Al staat opvolging vanuit de eigen familie al in de startblokken. 

“Mijn dochter dient als vaandrig bij de Koninklijke Luchtmacht. Ze heeft me eerst wel gevraagd of ik het erg vond dat ze niet voor landmacht-groen had gekozen…”

  

PERSOONLIJK
Woonplaats: Gorinchem
Gezin: Getrouwd met Inge, zes kinderen
Hobby: Zeezeilen
Muziek: Pink Floyd. Dire Straits
Films, tv, Netflix: Scandinavische politieseries
Auto: Renault Megane