Ondernemerschap is een mythe

Stimuleert u ondernemerschap bij uw medewerkers in de hoop op innovatie? Dat is wachten op teleurstelling.

‘Intrapreneurship’ – of ondernemerschap – stimuleren bij medewerkers is de weg naar innovatie, zo leren we al sinds de jaren tachtig. Maar dat innovatie komt uit die paar geniale, creatieve, ondernemende, schaarse talenten die u heeft weten binnen te halen, dat is niet waar. Dat stelt Andrew Corbett, innovatie-expert op Harvard Business Review.  

Het klinkt zo aanlokkelijk: de kansen en de energie van het ondernemerschap, maar dan mét de financiele middelen en minder risico. Zo mooi wordt het in grote organisaties vaak ook gepresenteerd naar dit – vaak selecte – groepje medewerkers. 

Maar uiteindelijk zit innovatie veel meer in de processen, structuur en cultuur van de organisatie, legt Corbett uit in het artikel. De innovatie-expert geeft een aantal randvoorwaarden om transformatieve ideeën de ruimte te bieden. 

1. Maak van innovatie een permanente functie

Net zoals vijftig jaar geleden marketing geen functie was in bedrijven, kunnen we nu geen bedrijf meer bedenken die geen marketeers in huis heeft. Oftewel: maak innovatie functie en een permanent onderdeel van de business, en geen een- of tweemalig projectje ieder jaar.

2. Geen silo’s aub

En de R&D-afdelingen dan? Ja, die kennen we. Maar hoe vaak staan deze teams feitelijk los van de rest van de organisatie? Onderzoek van Corbett laat zien dat deze teams vaak maar een beperkt effect hebben. Echte, ‘groundbreaking’ innovatie komt alleen vanuit een holistische aanpak. 

3. Zet een bedrijfsbreed innovatiesysteem op

Dat klinkt groots. En dat is het eigenlijk ook. Want innovatie vraagt om een totaalaanpak, zegt Corbett aan de hand van twintig jaar onderzoekservaring en meer dan 600 interviews bij Fortune100 bedrijven als DuPont, GE en PepsiCo. 

Zo’n ‘innovatiesysteem’ bestaat uit acht basiselementen, in meerdere of mindere mate aanwezig. Maar alle bedrijven hadden een duidelijk systeem, zo bleek uit het onderzoek.

•    Leiderschap en een cultuur die bereid zijn commitment te tonen aan innovatie. Lerende leiders maken innovatie succesvol. 
•    Systeembrede, beschikbare middelen.
•    Een bestuurlijk proces dat resultaat kan leveren op een;
•    duidelijk omschreven mandaat en focus op grootste, impactvolle innovaties.
•    Een inclusieve organisatiestructuur die verschillende onderdelen en afdelingen van de organisatie aan elkaar koppelt.
•    Een structuur die processen en tools en;
•    metrics en beloningen biedt voor innovatiecycli die langer duren dan de gebruikelijke productinnovatie. Maar pas op: denken in termen van ROI werkt niet. Dat slaat innovatie juist dood.
•    De juiste skills en talenten, anders dan die van de traditionele rollen in R&D-afdeling of productontwikkeling.

Deze geïnstitutionaliseerde aanpak van innovatie vraagt om meer dan een ‘innovatieclubje’ met creatieve ondernemende talenten bij elkaar scharrelen, of medewerkers eenmalig aan een vernieuwingsproject mee laten draaien.

4. Creëer carrièrepaden voor innovatiefuncties

En wat betreft het HR-aspect: liever creëer je als bedrijf carrièrepaden in plaats van slechts innovatiefuncties. Net zoals HR-professionals, marketeers en accountants duidelijk omschreven functieprofielen, verantwoordelijkheden en als ontwikkelingsmogelijkeden en –paden kennen, hebben innovatiefuncties dat ook nodig. Denk een stap verder. 

Selecteren op ondernemerschap in mensen is belangrijk, maar slechts een deel van een masterplan, concludeert Corbett. In dat concept leggen bedrijven al hun hoop op vernieuwing bij een select clubje mensen. Want wanneer de organisatiestructuur en -processen daar geen ruimte voor geven, is het wachten op teleurstelling. Innovatie vraagt om een strategisch plan. (Bron: HBR.org)