Privacywet: de positieve effecten voor HR
De deadline staat voor de deur. Inmiddels zal er nauwelijks meer een bedrijf in Nederland zijn dat niet gehoord heeft dat op 25 mei aanstaande de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van kracht wordt. De aandacht ervoor betekent niet automatisch dat iedereen de AVG-zaken ook al op orde heeft. Veel organisaties worstelen nog met de aanpak en implementatie. Hierin ligt vooral een belangrijke taak op het bord van de HR-managers.
Auteur: Ronald Huber is Country Manager Benelux bij Workday
De impact van de AVG (of GDPR) is groot, dat mag bekend zijn. In ieder geval wat betreft de maatregelen die nodig zijn om eraan te voldoen en wat betreft de boetes op overtreding ervan. Zelfs in de VS nemen organisaties de Europese richtlijnen zeer serieus. Volgens de Financial Times besteedt een bedrijf uit de Fortune 500 gemiddeld 16 miljoen dollar om zich voor te bereiden. Daar steken de Nederlandse inspanningen een beetje bleek bij af.
Uit een recent onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat 70 procent van het mkb zich nog niet goed heeft voorbereid op de AVG. De ondernemers leggen de schuld ook bij de overheid. Ruim driekwart vindt de informatievoorziening van de overheid ‘slecht tot heel slecht’.
Mooie kansen voor strategische aanpak
In alle hectiek in de aanloop naar 25 mei, is het goed je te realiseren dat de AVG feitelijk een goede ontwikkeling is. Meer aandacht voor privacy en gegevensbescherming is, zeker gezien alle recente ontwikkelingen, voor niemand nadelig. Bovendien verplichten de richtlijnen organisaties om de manier waarop ze omgaan met data weer eens goed onder de loep te nemen. En dat biedt op zichzelf weer mooie kansen voor een meer strategische en datagedreven aanpak, stelt professor Jeremy Baker van de gerenommeerde Europese ESCP Business School.
Baker noemt de rol van HR-professionals cruciaal in het voldoen aan de AVG. Hij vindt ook dat HR-professionals pleitbezorgers van de voordelen van de nieuwe wetgeving in het bedrijf moeten zijn. Uiteindelijk wordt de gehele organisatie er beter van, zegt Baker. “Vergelijk het met de invoering van strenge financiële regelgeving, zoals de Sarbanes-Oxley wet in Amerika. Eerst was compliance voor iedereen een nachtmerrie. Nu kunnen we niet meer zonder die regels.”
HR-professionals moeten volgens Baker ook het voortouw nemen bij het benadrukken van ieders rol en verantwoordelijkheden in de nieuwe situatie. Bovendien zou HR bepalend moeten zijn bij de keuze voor de technologie en cloudproviders waarmee het beste aan de nieuwe eisen kan worden voldaan.
Lees ook: Vaardigheden en data, daar draait het anno 2018 om
Lees ook: HR als stabiele factor in woelige tijden
Meer focus op HR-data
In het algemeen is de professor erg optimistisch over de AVG. “Het is een mooie gelegenheid om een stap de goede kant op te gaan. Data komt – terecht – meer in de spotlight te staan. Bedrijven moeten de opslag, het beheer en het delen van data aapassen. Veel meer dan voorheen is het noodzaak om informatie op een transparantere en efficiëntere manier te managen.”
Dat sluit ook goed aan bij de manier waarop bij Workday met data wordt omgegaan. Er gebeurt niets in Workday zonder dat het reproduceerbaar en controleerbaar is en in een rapportage beschikbaar kan worden gemaakt. Baker: “Uit onderzoek blijkt ook dat de dreiging met de enorme boetes (tot 20 miljoen euro) de digitale transformatie een zetje in de rug geeft. Er wordt serieus gekeken naar volwaardige systemen en oplossingen. HR-professionals werken daarbij nauwer samen met IT, dat is ook een logische ontwikkeling.”
Goed beschouwd is de invoering van de AVG een buitenkans voor organisaties om hun systemen en processen te transformeren en efficiënter met hun data om te gaan. Specifiek voor HR-professionals heeft deze ontwikkeling nog bijkomende voordelen. De sterkere focus op data geeft HR de kans om een strategisch betere positie te krijgen, aangezien de afdeling personeelszaken steeds meer datagedreven werkt. Zo kan een overkoepelende Europese privacyrichtlijn gunstige gevolgen hebben voor elke HR-verantwoordelijke in Nederland.