Arbeidsmarkt vertraagt verder – steeds minder actieve zoekers naar ander of nieuw werk

Op de arbeidsmarkt is nog weinig te merken van een dreigende economische recessie. Integendeel, 37,5 procent van de werkgevers leden in het derde kwartaal onderbezetting. Begin dit jaar was de onderbezetting nog tien procentpunten minder.

De aanzwellende krapte komt nu de werkloosheid iets is opgelopen de laatste maanden, die overigens met 3,8% nog erg laag blijft. De Intelligence Group stelt dat de opgelopen krapte een gevolg is van de afnemende activiteit op de arbeidsmarkt. Steeds minder mensen zijn actief op zoek naar nieuw of ander werk. In het derde kwartaal van dit jaar waren dat er een miljoen, wat neerkomt op 11,4 procent van de beroepsbevolking. Onder werkenden is de animo om op zoek te gaan nog kleiner: één op de dertien.

Arbeidsmarkt functioneert steeds minder goed

Om dat nog iets concreter te maken: in het laatste kwartaal waren er 18.000 mensen minder op zoek naar werk. Ook in het eerste kwartaal van dit jaar daalde het aantal werkenden dat actief op zoek was naar werk, toen met 12.000.

Mensen hoeven niet te zoeken naar werk, want als ze iets anders willen hebben ze de banen voor het uitkiezen, zo verklaart Intelligence Group de inactiviteit op de arbeidsmarkt. En anders worden ze wel benaderd door een recruiter of een werkgever. De zoekduur (van sollicitatie tot start op de eerste werkdag) wordt steeds korter, thans 3,3 maanden. Begin dit jaar was die nog bijna vier maanden. Wat wel toeneemt is het aantal mensen dat nadenkt over verandering van werkgever, de latent zoekenden. Bijna de helft van het aantal werkenden (46,4%) dubt erover.

Kentering op de arbeidsmarkt

Dat laat onverlet dat recruiting steeds meer moeite en dus geld kost. De sourcingsdruk (= werknemers die minimaal een keer per maand worden benaderd) loopt alsmaar verder op. Dit is nu 38,5 procent tegen 37,9 procent in het vorige kwartaal. Begin dit jaar was de sourcingsdruk met 34,1 procent nog lager.

Ondanks alle inspanningen hebben werkgevers de arbeidsmarkt niet weten vlot te trekken. Toch is er wel een kentering te zien. Steeds meer werkgevers bieden nieuwkomers vaste in plaats van tijdelijke arbeidsovereenkomsten aan. 41,8 procent van de nieuwe arbeidscontracten is voor onbepaalde tijd. Begin dit jaar was dat nog vier procentpunten minder.

Tijdelijk dienstverband verliest terrein

De neergang van het tijdelijke contract is al gaande sinds 2017 en liep parallel aan de gestaag dalende werkloosheid. Die haperde in 2020, toen er een dip kwam in de werkgelegenheid. Maar toen de werkloosheid vorig jaar verder daalde, verloor het tijdelijke dienstverband opnieuw terrein.

Overigens glinstert er voor werkgevers wel een lichtpuntje, aldus Intelligence Group. De ervaring leert volgens haar dat de arbeidsmarkt doorgaans met vertraging reageert op de economische ontwikkelingen. Wellicht volgt in het vierde kwartaal een kentering. Maar daarmee zijn de personeelstekorten niet als sneeuw voor de zon verdwenen, zo nuanceert Intelligence Group. Maar misschien geeft het iets meer ademruimte.