‘Stuur senior high potential niet met pensioen’

Mensen kunnen na hun pensioenleeftijd veel beter ingezet worden, stelt de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving in een advies.

Omdat we steeds gezonder oud worden, leveren mensen na hun pensionering in de ‘derde levensfase’ een grote bijdrage aan de maatschappij. Dit maatschappelijk potentieel zou beter ingezet kunnen worden. 

Dat staat in het advies ‘De derde levensfase: het geschenk van de eeuw’ van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS). Bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheden zouden zich daarvoor meer moeten inzetten voor generatiebewust beleid, aldus het advies. 

Spitsuur van hun leven 

De komende decennia stijgt het aantal mensen in de derde levensfase van 2,4 miljoen (2018) naar 3,2 miljoen in 2040. Ze zijn over het algemeen genomen actief als vrijwilliger of geven mantelzorg. 

Jonge ouderen willen en kunnen op vele manieren een bijdrage leveren aan de samenleving, maar lopen nog te vaak vast om dit te realiseren. Ze, worden niet (meer) aangesproken op hun mogelijkheden. 

Zij worden soms zelfs gehinderd door wet- en regelgeving, zoals het pensioenbeding in cao’s bij de wens om door te blijven werken, of korting op een aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO) als ze iemand in huis willen nemen om voor te zorgen. 

Potentieel van deze grote groep verzilveren  

De Raad adviseert bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheden om het potentieel van deze grote groep te verzilveren. Dat betekent volgens het advies met name inzetten op generatiebewust beleid. 

Bijvoorbeeld door het faciliteren van mogelijkheden om in de derde levensfase nog (deels) te blijven werken. Op dit moment wordt de inrichting van de derde levensfase vooral gezien als een individuele zaak, en dat is een gemiste kans.

Steeds meer werkende 65-plussers in VK

Overigens speelt dit vraagstuk niet alleen in Nederland. Zo kwam de Britse overheid in december met de prognose dat de werkgelegenheidsgroei in het Verenigd Koninkrijk de komende tien jaar voor de helft voor rekening zal komen van 65-plussers.