WRR: Kwaliteit van werk moet veel beter
Er zijn de laatste jaren veel banen bijgekomen. Maar als het gaat om goed werk, is Nederland in Europees perspectief geen voorloper, zo blijkt uit studies van de OESO en Eurofound. In het nieuwste rapport doet de WRR dringende aanbevelingen voor verbeteringen.
Onvoldoende grip op geld, werk en leven
Een toenemend aantal mensen heeft onzeker werk (36 procent in 2018). En bijna de helft van de werkenden ervaart een gebrek aan autonomie op het werk – ook dat aantal is toegenomen.
De kwaliteit van werk in ons land is ongelijk verdeeld. Bij mensen die werken in de publieke sector, zoals in de zorg, het onderwijs of politie staat die het meest onder druk. Zij hebben namelijk meer taken gekregen, terwijl hun autonomie is afgenomen.
Daarnaast zijn er een miljoen mensen die aan de slag willen maar geen werk hebben, laat staan goed werk.
Drie condities voor goed werk
In het rapport Het betere werk formuleert de WRR drie condities voor goed werk, die passen bij de wensen vanuit de Nederlandse samenleving en de aard van de economie:
- grip op geld, oftewel een gepast loon met zekerheden;
- grip op het werk, dat wil zeggen autonomie en verbondenheid op het werk;
- grip op het leven, met een goede balans tussen werk en privé.
Het beste in mensen naar boven halen
Goed werk is essentieel voor de brede welvaart: voor de kwaliteit van leven van individuen, voor de economie en voor de samenleving als geheel. Goed werk zorgt voor betrokkenheid en haalt het beste bij mensen naar boven.
Dat kan bijdragen aan innovaties, wat goed is voor de economie. Goed werk vergroot ook het welzijn en de gezondheid van werkenden, vermindert verzuim, en maakt het mogelijk dat mensen langer doorwerken.
Op dit moment wordt bijna de helft van het verzuim veroorzaakt door het werk zelf, en heeft 17 procent van de werkenden burn-outklachten.