Zo krijgt u een hoger budget
Om als organisatie wendbaar te blijven is het nodig te blijven verbeteren en innoveren. Maar zulke projecten gaan altijd gepaard met investeringen, die vaak op centraal niveau moeten worden goedgekeurd. Hoe kunt u zich zo goed mogelijk voorbereiden op een investeringsaanvraag? Volgens Richard Take, trainer bij de cursus Financieel Management voor niet-financiële managers van Alex van Groningen en directeur/trainer bij Bureau Kees Horden, is het onder meer belangrijk om je te verplaatsen in de CFO.
Verplaats je in de CFO
“Je moet willen weten: hoe denkt hij?” In de praktijk houdt dat denken van een CFO vaak verband met financiële begrippen, zoals waardecreatie. “Bedrijven investeren alleen in dingen die waarde creëren”, weet Take. “Dingen die, direct of op afzienbare termijn, extra omzet genereren of kosten kunnen besparen. Naast een overtuigend verhaal over waarom dit een goed idee is moet je ook met cijfers kunnen onderbouwen dat het de moeite waard is om erin te investeren.”
Inzichtelijk maken wat kosten, opbrengsten en risico’s zijn
Dus moet je goed inzichtelijk maken om wat voor investering het gaat en waarom die relevant is voor de financiële positie van het bedrijf. Er zijn drie soorten investeringen, vertelt Take. “Investeringen die omzetverhogend zijn, kostenbesparend en overnames. Eigenlijk komt het in het kort hier op neer: wat moet erin, wat levert het op, en wat is het risicoprofiel? Als je die inzichtelijk kunt krijgen kun je de hurdle rate berekenen, één van de belangrijkste maatstaven waar CFO’s mee rekenen als het om investeringen gaat.”
Hurdle rate uitrekenen
Met de hurdle rate doelt de bedrijfseconoom op het minimaal rendement dat je moet maken om van een waardevolle investering te kunnen spreken. “Je moet ervan uitgaan dat jouw voorstel concurreert met een andere investering. Het geld dat gebruikt wordt voor jouw investering kan ook gebruikt worden om een andere investering te doen, of bij wijze van spreken op een spaarrekening worden gezet. De waarde die je creëert met jouw investeringsvoorstel moet in dat geval in ieder geval hoger zijn dan dat van het naastgelegen alternatief.”
U heeft een goed idee voor een nieuwe dienst, maar hoe bepaalt u de terugverdientijd/ hoe bepaal je of het 'uit' kan? Een aantal tips.
U hebt een goed idee voor een nieuwe dienst, maar hoe bepaalt u of dit financieel uit kan? Hoe bepaalt u, kortom, de terugverdientijd en kunt u een business case maken om uw idee aan te toetsen. Richard Take, directeur bij Bureau Kees Horden en trainer bij de cursus financieel management voor niet-financiële managers, geeft tips.
Zie het als een reguliere investeringsvraag
Wanneer je van een nieuw idee de financiële implicaties inzichtelijk wilt maken is het verstandig de systematiek van een normale investeringsvraag te hanteren, vertelt Take. “Het doel van een nieuw product of dienst is uiteindelijk niet anders dan bij andere investeringsvraagstukken: je wilt ergens geld mee verdienen of besparen en hebt vrijwel altijd een investering nodig om het van de grond te krijgen. Beschrijf het dan ook in de financiële termen die daarbij horen.”
Kies de juiste methode van berekenen en verhoudingen
“Bij zo’n beoordeling of je wel of niet moet investeren zijn er meerdere criteria die in bepaalde prioriteit van elkaar staan”, legt Take uit. “De hoofdregel is: de netto contante waarde moet groter zijn dan 0. Dat is de enige 100 procent dichte regel. Maar in dat geval is de internal rate of return (het impliciete rendement) hoger dan de hurdle rate, de opbrengst die je zou hebben als je niet zou doen maar bijvoorbeeld spaarrente over het bedrag zou krijgen.” Hoe je de beoordeling doet hangt af van de gekozen methode. En daar gaat het vaak mis, merkt Take. “Een veelgebruikte, maar niet goede methode is de ‘terugverdienperiode’, al noem ik die zelf liever de Bokito-methode. Stel dat je zonnepanelen op je dak legt en 3.000 euro investeert. Dat levert 500 euro per jaar energiewinst op, dus duurt het zes jaar voor je het hebt terugverdiend. Dat klinkt logisch, maar deze methode houdt geen rekening met kasstromen na het terugverdienmoment. Terwijl het nogal wat uitmaakt of je na die 6 jaar nog 24 jaar energievoordeel hebt of weer opnieuw moet investeren. Beter is het om de netto contante waarde methode te gebruiken.”
Doe een gevoeligheidsanalyse van de aannames
“Als ik zelf investeringsaanvragen van mensen moet beoordelen vraag ik me altijd af wat de validiteit van de veronderstellingen is, hoe ze onderbouwd zijn. Met wat voor marges wordt er gerekend? Met welke bandbreedte wordt gerekend in positieve en negatieve scenario’s? En als die tegenvalt, waar zit dan de rek nog in, schalen kosten makkelijk mee of niet? Een goede gevoeligheidsanalyse neemt de laatste twijfels weg.”
Heb je praktisch inzicht in financieel management? Beheers kosten en doe de juiste investeringen. Volg de cursus Financieel Management voor niet-financiële managers en groei door tot een volwaardig gesprekspartner van je financiële collega’s.
Richard Take beschikt over twintig jaar ervaring als financieel docent en adviseur. Hij doceert en doceerde aan diverse instituten en universiteiten waaronder Nyenrode, de Vrije Universiteit en de TU Delft. Richard geeft jaarlijks tientallen in-company trainingen in binnen- en buitenland voor managers van o.a. ING, Rabobank, ECT, Ahold, KPN, Top Tech studies, NCM, Sony en Logitech. Richard Take is zeer bekend om zijn vermogen om complexe materie te vereenvoudigen en weet enthousiasme en vakkennis met succes te combineren.