Bedrijf staakt continu filmen personeel na onderzoek Autoriteit Persoonsgegevens

Het verbeteren van het rijgedrag van chauffeurs is geen vrijbrief voor de werkgever om de medewerkers gedurende hun werktijd continu te filmen

Dat stelt de Autoriteit Persoonsgegevens na onderzoek bij transportbedrijf De Rooy Transport. Het bedrijf filmde chauffeurs in hun vrachtwagencabine onafgebroken. De beelden werden vastgelegd en bewaard bij een plotselinge abrupte beweging van de vrachtwagen. De beelden dienden om de chauffeurs op hun rijgedrag aan te spreken. 
 
Inbreuk op de persoonlijke levenssfeer 
Volgens de toezichthouder is het voor dit doel niet proportioneel om medewerkers onder werktijd onafgebroken te filmen. Dat de chauffeurs hierdoor continu onder toezicht staan, maakt de inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer te groot. Daarmee handelde het transportbedrijf in strijd met de wet, aldus de Autoriteit Persoonsgegevens. 
 
Het transportbedrijf is naar aanleiding van het onderzoek gestopt met de opnames en heeft het eerder opgenomen beeld- en geluidmateriaal gewist. Daarmee heeft het de geconstateerde overtredingen van de Wet bescherming persoonsgegevens beëindigd.
 
Noodzaak inzet camera’s
 De toezichthouder – voorheen het College Bescherming Persoonsgegevens –  wijst erop dat altijd moet worden gekeken of hetzelfde doel ook met minder ingrijpende middelen kan worden bereikt. Naast het intensief trainen van de chauffeurs zijn er ook organisatorische en alternatieve technische mogelijkheden denkbaar om het rijgedrag te verbeteren of bij te sturen in gevaarlijke situaties.
 
Cameratoezicht op de werkvloer
Werkgevers mogen hun personeel in beginsel niet controleren met camera’s, tenzij cameratoezicht noodzakelijk is. Dat wil zeggen dat de werkgever het doel, bijvoorbeeld fraudebestrijding, niet op een andere manier kan bereiken. Deze moet dus eerst nagaan of er een mogelijkheid is, die minder ingrijpend is voor de privacy (privacy-toets).