‘Arbeidsrecht niet klaar voor platformeconomie’

Het recht loopt altijd een stap achter op de praktijk. Dat blijkt ook uit de rechtszaak uit een zzp'er eerder dit jaar aanspande tijdens zijn opdrachtgever, maaltijdbezorger Deliveroo. De kantonrechter in Amsterdam erkende in deze zaak dat het huidige arbeidsrecht niet voorziet in de relatief nieuwe zogeheten platformeconomie van onlinevraag en -aanbod. Deliveroo is zo'n platform, dat hongerige klanten aan restauranten koppelt.

Niet in terug in loondienst

De rechter oordeelde overigens dat de gesloten overeenkomst tussen Deliveroo en bezorger niet zo onredelijk bleek, dat de hij anders moet beslissen. 'Het is aan de wetgever om maatregelen te treffen wanneer het niet-gewenst is dat dergelijke situaties blijven bestaan'. Deliveroo hoeft zijn medewerkers dus niet in loondienst te nemen, zo stelde de rechter.

Fietskoerier Sytze Ferwerda (20) had deze zaak aangespannen. Volgens de kantonrechter was duidelijk dat de overeenkomst bedoeld was als zzp-contract. 'Ook uit de wijze van werken daarna blijkt niet dat er sprake was loondienst', aldus het vonnis.

Arbeidscontract is strak keurslijf

Deliveroo kondigde eind vorig jaar aan af te stappen van het loondienstmodel en alleen nog met freelancers te werken. Volgens het bedrijf zitten fietsende maaltijdbezorgers helemaal niet te wachten op het strakke keurslijf van een arbeidscontract. Het nieuwe beleid zorgde volgens het bedrijf al tot veel nieuwe aanmeldingen van zogeheten 'riders'.

De advocaat van Deliveroo betoogde tijdens de behandeling van de zaak vorige maand, dat het gebrek aan flexibiliteit bij het koeriersbedrijf juist voor veel 'riders' de reden was om te stoppen met het werk.

Schijnzelfstandigheid

Ferwerda meende echter dat er sprake was van schijnzelfstandigheid. Deliveroo heeft zich met de huidige werkwijze ontdaan van de bijbehorende verplichtingen jegens zijn werknemers, stelt hij. De fietskoerier wilde terug in loondienst en op die manier verzekerd zijn bij arbeidsongeschiktheid en van doorbetaling bij ziekte.

De fietskoerier is teleurgesteld in het vonnis en overweegt in hoger beroep te gaan, als hij aan geld voor de proceskosten kan komen. De rechtszaak kwam tot stand na crowdfunding waar vierhonderd mensen aan bijdroegen.