Zelfcorrigerend leiderschap bestaat – hoe al te gespannen leiders de logica hervinden op eigen kracht
Leiders die feedback krijgen op hun functioneren, falen maar al te vaak in het aanpassen van hun gedrag. Verontrustend is dat ze er zelf van overtuigd zijn dat ze zich beter zijn gaan gedragen, terwijl ze dat in werkelijkheid niet doen. Nog erger is dat ze zich niet bewust zijn van het verschil tussen wat ze denken over zichzelf en het gedrag dat ze in werkelijkheid aan de dag leggen.
Dat is geen kwestie van falend leiderschap of slechte bedoelingen, maar van de werking van de hersenen. Daar is een constante spanning tussen het deel dat logisch redeneren regelt (prefrontale cortex) en het deel dat emoties en geheugen reguleert (amygdala). In stressvolle situaties heeft de emotionele amygdala voorrang op rationele besluitvorming.
Dit verschijnsel kan zo sterk zijn dat elk mens erdoor kan ontsporen, al naar gelang de mate van spanning. Zelfs de sterkste leider valt ten prooi aan emoties die steeds meer de overhand krijgen naarmate de spanning stijgt.
De Nederlandse psychoanalyticus, managementwetenschapper en econoom Manfred Kets de Vries, als hoogleraar HRM en leiderschapsontwikkeling verbonden aan INSEAD, heeft een stappenplan ontwikkeld om onbewuste processen in de hersenen in bedwang te houden en de logica te laten prevaleren. Ook als de spanning oploopt.
1. Evalueren van het eigen handelen
De eerste stap is het eerlijk evalueren van het eigen handelen, adviseert Kets de Vries. “We moeten de psychologische ruimte creëren om ons gedrag te erkennen, vooral als onze acties ineffectief zijn gebleken. Er moet ook een echt verlangen naar verandering zijn.”
2. Inschakelen van het analytisch hersendeel
Stap twee is het reflectieve, analytische deel van de geest inschakelen. Dit om manieren te ontwikkelen die onbewuste processen terzijde te schuiven die goede bedoelingen in de war sturen. “De meesten hebben het vermogen om zichzelf te observeren”, stelt Kets de Vries. “Door gebruik te maken van deze observaties en erover na te denken, krijgen we meer controle over onze acties. Hiervoor is een inspanning nodig om onbewuste processen te deconstrueren en grondig te onderzoeken wat er gebeurt.”
3. Streven naar zelfverbetering
Het aangaan van deze innerlijke reis vereist volgens Kets de Vries een oprecht verlangen naar zelfverbetering. De leider moet bereid zijn om uit de eigen comfortzone te stappen, zo schrijft hij voor. “Feedback en constructieve kritiek, ontvangen zonder defensieve houding, kunnen als katalysator dienen. Leiders moeten bereid zijn om onderwerpen aan te pakken die ongemakkelijk zijn, om omslagpunten voor verandering te creëren.”
4. Verbeter het bewustzijn
De volgende stap is de confrontatie met de kloof tussen de gewaande en de echte werkelijkheid. Maak gebruik van de 360 graden-feedback, raadt Kets de Vries aan. “Daardoor kan een hoger bewustzijnsniveau ontstaan over de eigen tekortkomingen en de kloof tussen waargenomen en daadwerkelijke gedrag. Deze oefening kan ons helpen onszelf vanuit het perspectief van anderen te bekijken. We leren ook om gebieden te identificeren waaraan we echt moeten werken.”
5. Zoek hulp
Het gebeurt soms dat een leider niet elke blokkade in het onderbewuste zelf kan slechten. Voor het aanpakken van intrapsychische blokkades kan de hulp van een executive coach of psychotherapeut nodig zijn. Die kan helpen om het verschil tussen problematische gedrag en goede bedoelingen nader te verkennen, het verandervermogen te bevestigen en bewustwording te stimuleren over de gevolgen van bepaald gedrag.
6. Ontwikkel coping-strategieën
Coaches signaleren de kleine stapjes in de goede richting helpen bij het ontwikkelen van coping-strategieën die het terugvallen in problematische gedrag voorkomen.
7. Bewaak de voortgang op lange termijn
Besef dat je zelf verantwoordelijk bent voor het omgaan met je eigen logica en emoties, zo besluit Kets de Vries. Maar het kan geen kwaad om een coach in de arm te nemen die helpt bij het monitoren en evalueren van gedrag in verhouding tot doelen op de lange termijn. Het in lijn brengen van intenties en gedrag betekent vraagt dat leiders hun reflecterende kant blijven activeren.