Lang leve de 9-tot-3-mentaliteit!
In 1930 publiceerde econoom John Maynard Keynes het essay Economic Possibilities for our Grandchildren. Keynes verwachtte dat de productiviteit door mechanisatie zo sterk zou toenemen dat zijn (achter)kleinkinderen in 2030 nog maar 15 uur per week zouden werken om in alle levensbehoeften te voorzien. De econoom had het bij het juiste eind wat betreft de spectaculaire productiviteitsstijging. Desondanks zat hij er behoorlijk naast met de kortere werkweek. Hoewel we nog veertien jaar te gaan hebben tot 2030 lijken we verder dan ooit verwijderd van de 15-urige werkweek.
Nederland mag zichzelf weliswaar tot Europees kampioen deeltijdwerken kronen, de 40-urige werkweek wordt nog altijd als standaard gezien. Dat blijkt uit de terminologie 1,0 fte (fulttime-equivalent) die is gekoppeld aan 40 uur. Wie 32 uur werkt telt voor 0,8 en wordt niet voor vol aangezien. Vertel op een verjaardag dat je vier dagen werkt en je moet een geldig excuus aanvoeren. “Papadag”, “ik doe vrijwilligerswerk”, “ze hebben helaas niet meer uren beschikbaar” of “ik freelance ook nog”. Vier dagen werken omwille van meer vrije tijd wordt met argusogen bekeken.
Daarnaast zijn Nederlanders notoire overwerkers. Dit geldt niet alleen voor de goedbetaalde dames en heren op de Zuidas. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft becijferd dat Nederlandse mannen gemiddeld 3,7 overuren per week maken. Bij vrouwen blijft de teller steken op 2,4 overuren. Hoger opgeleiden maken vaker overuren dan lager opgeleiden. Kortom, zij die gemiddeld meer verdienen werken ook meer over. Menig arbeidscontract kent dan ook een clausule waarin staat dat door “de aard van de functie en de hoogte van het salaris werkzaamheden buiten de normale werktijden verlangd kunnen worden zonder extra vergoeding.”
Op basis van gesprekken met HR-directeuren en consultants verwacht ik niet dat deze cultuur snel verandert. Zij stellen dat jongere generaties flexibeler willen werken. Jongeren willen werken waar en wanneer zij dat willen. Organisaties moeten zich hier volgens de HR-experts op instellen met allerhande apps, thuiswerkfaciliteiten en digitale oplossingen. Als betrekkelijke jongeling op de arbeidsmarkt (geboortejaar 1985) trek ik deze generatieclaim sterk in twijfel. In mijn omgeving hoor ik velen tussen de 20 en 35 jaar zuchten wanneer zij geacht worden na kantoortijd nog te reageren op zakelijke mail. Veel vrienden zijn huiverig om thuis te werken, omdat ze bang zijn afgeleid te worden door tv of huishoudelijke taken. Deze ongerustheid is te begrijpen, maar de praktijk blijkt anders te werken. “De grotere autonomie om het werk zelf te plannen leidt in veel beroepen tot langere werktijden dan in het contract is afgesproken”, aldus Joost van der Gulden, hoofd van de opleiding voor bedrijfsartsen aan de Radboud Universiteit, in de Volkskrant.
Thuiswerken geeft mensen vaak het gevoel van een betere balans tussen werk en privé, maar het blijkt vaak een schijnvrijheid. De vraag blijft: waarom werken we – ondanks alle rijkdom – nog zo veel? Keynes had hierop wel een antwoord: ‘For we have been trained too long to strive and not to enjoy’. De mens heeft eeuwenlang zo hard moeten werken om economische voorspoed te bereiken dat hij het genieten is verleerd. Hard werken is inmiddels onze natuur.
Maar is werken hetgeen dat we het meest waardevol vinden? Vertellen we op ons sterfbed aan de kleinkinderen over de promoties die we hebben gemaakt? Over het nieuwe performance-managementsysteem dat we hebben geïmplementeerd? Of vertellen we liever over andere zaken? Palliatieve verpleegster Bronnie Ware publiceerde een boek over de ‘Spijt top 5’ van de stervende patiënten die zij begeleidde. Op nummer twee stond “Ik wens dat ik niet zo hard gewerkt had”.
Het wordt tijd om de voorzienige blik van Keynes in te lossen. In Zweden wordt geëxperimenteerd met een zesurige werkdag om mensen gelukkiger en productiever te maken. In de optiek van Keynes zou dit nog steeds gelijk staan aan 2.0 fte, maar het is een begin!
Tim Jansen is hoofdredacteur van CHRO.nl en CHRO Magazine