De arbeidsmarkt trekt aan, maar er is nog veel verborgen potentieel

De arbeidsmarkt is de laatste jaren flink aangetrokken. Het aantal banen en de hoeveelheid gewerkte uren liggen beide nu hoger dan voor de crisis.

De werkloosheid daalde van een piek van bijna 8% begin 2014 naar net onder de 5% nu. Toch zeggen deze cijfers niet alles: nog lang niet iedereen doet mee en er is veel verborgen potentieel.

Participatie op arbeidsmarkt daalt licht
Momenteel is 70% van de Nederlanders tussen de 15 en 74 jaar bereid én in staat om te werken. Zij hebben een baan of zijn werkzoekend. Ondanks de groei van de economie en het aantrekken van de arbeidsmarkt, daalde de participatie de laatste jaren licht, van 71% in 2009 tot 70% nu. In de jaren daarvoor was er juist sprake van een sterk opwaartse trend. Ondanks de groei van de werkgelegenheid staan er dus nog heel wat mensen aan de kant. Naar schatting is er, naast de groep van ongeveer 500.000 werklozen, een verborgen arbeidspotentieel van ten minste 300.000 Nederlanders.
 
“Vooral lager-opgeleiden bieden zich minder vaak aan op de arbeidsmarkt dan voor de crisis. Dit heeft deels een positieve oorzaak: jongeren gaan langer naar school. Maar ook de participatie van dertigers en veertigers ligt bij hen nu op een lager niveau dan voorheen. Dat is minder positief”, aldus Senne Janssen, consumenteneconoom bij ING.

Vooral flexwerk stijgt
Een andere opvallende ontwikkeling op de arbeidsmarkt is de forse groei van het aantal flexwerkers. Sinds begin 2009 is het aantal werknemers met een vaste baan met 10% gedaald. Het aantal flexwerkers groeide juist, met 33%. Bijna de helft daarvan bestaat uit oproep-, inval- en uitzendkrachten. Hun aantal groeide met 42% sinds 2009. Vooral in de industrie en de bouw is er grote vraag naar flexwerkers. Uitzendbureaus zijn dan ook een drijvende kracht achter de groei in de werkgelegenheid.

Bron: ING