Thuiswerken om je beter te concentreren?

Over het nut van thuiswerken duiken regelmatig nieuwe cijfers op, die elkaar vaak tegenspreken. Toch valt er wel iets zinnigs uit op te maken: de werkgever is aan zet.

Een groot deel van de professionals wereldwijd ziet reistijd niet als productieve werktijd, maar ook niet als privé-tijd om te kunnen ontspannen. Dit is de weinig opzienbarende conclusie uit recent onderzoek van Regus. Volgens dit onderzoek is het tijd dat werkgevers een einde maken aan forenzen en medewerkers de mogelijkheid bieden om anders te werken, bijvoorbeeld thuis. 

Het eerste wat veel leidinggevenden zich dan afvragen is of die werktijd thuis dan wel voldoende productief wordt besteed. Dat is een kwestie van vertrouwen! roepen de deskundigen dan in koor. Maar dat vertrouwen is niet altijd vanzelfsprekend, dus trek je met onderzoek naar thuiswerken altijd wel belangstelling. Zo verschenen deze maand de resultaten van een peiling in opdracht van Epson, leverancier van onder andere printers.

Minder productief tijdens het thuiswerken 
Volgens deze peiling vinden Nederlandse werknemers thuiswerken “erg goed voor onze productiviteit, vergeleken met werken op kantoor”. De vragen werden beantwoord door 500 medewerkers van diverse Nederlandse bedrijven. 55 procent denkt productiever te zijn wanneer zij thuiswerken. 32 procent stelt ongeveer even productief te zijn en 13 procent denkt minder productief te zijn tijdens het thuiswerken. Wel noteert dit onderzoek dat sommige afdelingen juist wel de voorkeur geven aan werken op de zaak.

Dat leidinggevenden soms terecht hun twijfels hebben, bleek in maart van dit jaar uit een peiling door kantoorartikelenleverancier Manutan. Daaruit bleek dat ruim veertig procent van de Nederlanders zichzelf juist niet zou laten thuiswerken. Als reden hiervoor noemen zij: teveel afleidingen en een slechte inrichting van de thuiswerkplek. Volgens dit onderzoek zou de helft van de thuiswerkers weleens afgeleid zijn tijdens het werk en één op de tien zelfs regelmatig tot vaak.

Thuiswerkplek niet ergonomisch ingericht
Dit onderzoek werd gehouden onder 1000 werknemers van kleine en middelgrote organisaties. Ook Manutan wijst er nog maar eens op dat de thuiswerkplek lang niet altijd goed blijkt te zijn ingericht. Als er in huis al ruimte is voor een apart kantoor, dan is dat lang niet altijd met goed meubilair gevuld. Maar liefst 62% van de ondervraagde werknemers geeft aan dat de thuiswerkplek niet ergonomisch is ingericht.

Maar leg je vragen naar thuiswerken voor aan hoogopgeleide medewerkers, dan zegt 77 procent van hen zich thuis (veel) beter te kunnen concentreren. Dit blijkt uit onderzoekscijfers van Intermediair uit januari 2012, die samen met onderzoeksbureau SatisAction 11.000 hoogopgeleide medewerkers van 70 (middel)grote Nederlandse bedrijven ondervroeg. Van deze groep laat slechts 16 procent zich thuis wel eens afleiden door privézaken. 

Nog meer positieve conclusies kwamen in diezelfde maand van een expertpanel van TNO dat volledig thuiswerken op korte termijn inderdaad gunstig lijkt voor de productiviteit, maar dat die productiviteit na enige tijd weer afneemt en zelfs minder wordt vergeleken met ‘niet thuiswerken’. Dit komt doordat binding met het bedrijf en samenwerken met collega’s sterk verminderen. Gedeeltelijk thuiswerken geeft wel een blijvend positief effect op de productiviteit.

Werken op kantoor bevordert innovatie 
Al hangt dat ook allemaal sterk af van de aard van de werkzaamheden, hebben verschillende organisaties ervaren. Zo hebben bedrijven als Yahoo en Hewlett Packard de eerder toegekende vrijheden van hun werknemers inmiddels weer beperkt. Zij verwachten hun medewerkers voortaan weer zoveel mogelijk op kantoor omdat dit innovatie en onderlinge samenwerking bevordert. 

“Het nadeel van thuiswerken is dat werknemers elkaar niet prikkelen zoals ze op de werkvloer doen. Ze kunnen van elkaar leren of juist proberen een collega te overtreffen,” zegt onderzoeker Daniël Possenriede in een artikel over flexwerken uit juni 2014. Hij onderzocht voor zijn proefschrift aan de Universiteit Utrecht verschillende vormen van flexwerk en het effect op arbeidsbeleving, carrière, ziekteverzuim en het aantal werkuren. 

Possenriede stelt dat veel thuiswerken slecht is voor de carrièrekansen. “Je moet zichtbaar zijn op de werkvloer om kans te maken op promotie. Je hoeft niet eens direct contact te hebben met collega's, alleen je aanwezigheid maakt al verschil. Van deeltijders wisten we al dat ze weinig kans maken op promotie.” Dat pleit ervoor nog eens goed na te denken voordat je regelmatig gaat thuiswerken.

Aandacht voor geconcentreerd kunnen werken 
De hier genoemde cijfers spreken elkaar weliswaar gedeeltelijk tegen, maar bij elkaar opgeteld geven ze toch een aardig antwoord op de vraag of thuiswerken in specifieke gevallen wel of geen goed idee is. Maar er blijkt ook nog iets anders uit. Namelijk dat het geen kwaad kan om eens beter te kijken naar de redenen om thuis te willen werken. Dat medewerkers een gebrek aan mogelijkheden hebben om geconcentreerd te kunnen werken verdient serieuzer aandacht. Daar zouden zowel werknemers als werkgevers wijzer van worden.

Toine Al