Killian McCarthy, Radboud Universiteit: “Overnames en fusies leveren weinig op, ze kosten vooral geld”

Met hoge verwachtingen stapt menig CHRO in fusie- of overnametrajecten. De realiteit is een trend van tegenslag en mislukking. Waardevernietiging ligt op de loer, waarschuwt associate professor Killian McCarthy leiders uit het bedrijfsleven.

Fusies en overnames zijn voor alle CHRO’s bekende kost. Na een fusie of overname rust op HR veelal de taak om de betrokken organisaties tot één geheel te smeden en dusdanig te organiseren dat zij maximaal bijdragen aan de verwachte voordelen. Die verwachtingen zijn vaak hooggespannen, want een fusie of overname is doorgaans een belangrijke strategische stap voor een organisatie.

Het merendeel van de deals, tot wel 79 procent levert geen enkele waarde op

Toch gaat achter dat optimisme en potentieel een harde realiteit schuil: het overweldigende aantal mislukkingen van deze deals. Dat stelt Killian McCarthy, Associate Professor aan de Radboud Universiteit, gespecialiseerd in fusies en overnames. In een kwantitatief onderzoek vergelijkt hij duizenden transacties.

Op basis van baanbrekende studies en zijn eigen uitgebreide onderzoek schetst professor McCarthy een beeld van het M&A-landschap dat hoogstwaarschijnlijk niet met veel enthousiasme zal worden ontvangen door strategen die druk zijn met overnames. Het merendeel van de deals, tot wel 79 procent levert geen enkele waarde op. McCarthy’s waarschuwing voor leiders uit het bedrijfsleven luidt daarom: “Wees zeer voorzichtig voordat je een fusie- en overnamedeal aangaat. Er wordt heel veel waarde vernietigd.”

Elke geïnvesteerde dollar leidt tot 2,31 dollar verlies

McCarthy haalt een baanbrekend onderzoek aan van The Journal of Finance  (Wealth Destruction on a Massive Scale), het meest prestigieuze tijdschrift op het gebied van financieel onderzoek. Daaruit blijkt dat voor elke dollar die in de jaren negentig in miljardentransacties werd geïnvesteerd, aandeelhouders 2,31 dollar verloren.

Onderzoek toonde ook aan dat het netto-effect van alle fusies en overnames in de jaren 2000 was dat 240 miljard van de aandelenmarkt werd weggevaagd. McCarthy noemt dat ‘krankzinnig’. Maar wanneer hij met adviseurs praat, lijken zij dit niet te herkennen. “Ze denken allemaal dat elke deal een succes is, maar dat zie je niet terug in de data”, zegt hij op het platform M&A.

Omzet verhogen of kosten verlagen

Een nadere verkenning van de mislukkingspercentages leert dat de realisatie van inkomsten-synergiën vaak misgaat. “Acquisities worden doorgaans nagestreefd om de omzet te verhogen of de kosten te verlagen”, zegt McCarthy. Volgens hem is 86 procent op het eerste gericht. Maar uit de gegevens blijkt dat gemiddeld slechts zeven procent van de synergievoorspellingen voor omzetstijgingen worden gerealiseerd, vergeleken met ongeveer zestig procent van de kostenbesparende synergiën.”

Ondanks de lage succespercentages die uit de data naar voren komen, blijven managers en adviseurs vaak optimistisch over hun acquisitievooruitzichten. “Er is een tendens om te geloven dat hun geval eerder uitzondering dan regel zal zijn”, aldus McCarthy. “Ik heb gemerkt dat de cijfers vaak zijn afgestemd op de acquisitiedoelstellingen en niet andersom. Het verbaast mij dan ook niet dat dit vaak misgaat. Op zo’n manier kun je niet een bedrijf laten groeien.”

MKB-ondernemers veel sceptischer

McCarthy heeft overigens wel een nuance. Het onderzoek heeft vooral betrekking op grote transacties van beursgenoteerde bedrijven. In het middensegment zullen de zaken wellicht anders zijn. McCarthy verwacht dat deze ondernemers veel sceptischer zullen zijn over het sluiten van deals, maar dat scepticisme is volgens hem niet altijd aanwezig op de hogere bedrijfsniveaus.

Zachte factoren, zoals culturele integratie en mismanagement, worden verantwoordelijk gehouden voor ongeveer 65 procent van de mislukkingen

Een andere uitdaging voor de grote bedrijven is de enorme complexiteit van een dergelijke transactie. “Als Philips een Chinees doelwit koopt, is het een veel grotere opgave om dat te integreren en waarde te creëren. Hoe groter bedrijven zijn, hoe slechter de deals zijn die zij sluiten. En ook hoe dichter de bedrijven qua omvang bij elkaar komen, hoe slechter het wordt.”

Wat gaat er dan zoal mis? Vrijwel elke CHRO kan het raden of heeft het zien gebeuren. Zachte factoren, zoals culturele integratie en mismanagement, worden verantwoordelijk gehouden voor ongeveer 65 procent van de mislukkingen. “Een van de dingen die mij door de jaren heen is opgevallen, is dat iedereen die betrokken is bij fusies en overnames lijkt te denken dat het alleen maar een kwestie is van de juiste cijfers”, zegt McCarthy. “Maar als je naar de gegevens kijkt, is dat simpelweg niet waar. De menselijke kant, de integratiekant en de relatiekant, dat zijn echt de belangrijke onderdelen.”

Voetbalanalogie

Dealadviseurs nemen doorgaans deel aan het proces van de overname, totdat het contract is getekend. Daarna vertrekken ze, maar volgens McCarthy breekt dan het moment aan dat de waarde moet worden gerealiseerd. “Ik gebruik hier altijd een voetbalanalogie”, zegt McCarthy. “De economie en financiën zijn voor mij het kunnen rennen en trappen van een bal, waardoor je op dag nul van de deal komt. Het scoren van doelpunten, het realiseren van de synergiën, gebeurt daarna en dat is vaak het punt waarop bedrijven niet meer opletten.”