Meeste organisaties verwachten binnen een jaar herstel
Enerzijds is de coronacrisis een aanjager van innovatie: bedrijven zetten in op thuiswerken, het digitaliseren van processen en het introduceren van nieuwe verdienmodellen. Anderzijds is er nu aanzienlijk minder aandacht voor duurzaamheidsthema’s en verkorting van waardeketens. Ook is een op de vier bedrijven afhankelijk van overheidssteun en een even groot deel van de bedrijven kort op salarissen.
Dit blijkt uit een tussenrapportage van de Nederlandse Innovatie Monitor 2020, die is uitgevoerd onder regie van Henk Volberda, hoogleraar Strategisch Management en Innovatie aan de UvA.
De voornaamste bevindingen met betrekking tot de coronacrisis zijn:
- Het merendeel van de ondervraagde bedrijven verwacht binnen een jaar financieel herstel van de coronacrisis – de helft van de bedrijven zelfs binnen een half jaar;
- Bedrijven verschillen sterk in hun verwachting over de duur van de coronacrisis. Met name tussen branches zijn er sterke verschillen in de verwachtingen over de duur van de coronacrisis;
- De coronacrisis is een aanjager van innovatie: bedrijven zetten massaal in op thuiswerken, versnelde digitalisering en nieuwe businessmodellen;
- De aandacht voor duurzaamheidsthema’s neemt slechts beperkt toe en veel bedrijven geven aan niet op zoek te zijn naar kortere waardeketens;
- Ongeveer een kwart van de bedrijven kort op de salarissen, voornamelijk op die van leidinggevenden;
- Een op de vier bedrijven zegt door de uitbraak van de coronacrisis afhankelijk te zijn geworden van steun van de overheid.
V-vormige crisis
‘De coronacrisis laat diepe sporen achter bij het Nederlandse bedrijfsleven’, vertelt Volberda. ‘Sommige sectoren en met name oude bedrijven zijn harder geraakt dan andere. Toch heeft het een enorme boost gegeven aan thuiswerken, digitalisering van processen en nieuwe online businessmodellen. Helaas krijgen duurzaamheidthema’s minder prioriteit. De meerderheid van de bedrijven gaat uit van een zogenoemde V-vormige crisis die voor maart 2021 achter de rug is.’